

Deze zomer nemen de bestuursleden van WeHelpen je mee in interessante discussies, bijzondere inzichten en vooral prikkelende punten om eens over na te denken. Jos van Nunen, voorzitter Raad van Bestuur Lumens Groep in Eindhoven, trapt af.
Mantelzorg, op weg naar of weg van rechten en plichten?
Afgelopen week heb ik tijdens een gastcollege aangrijpende verhalen gehoord van een paar zeer toegewijde mantelzorgers. Het zal je overkomen dat je hele leven overhoop komt te staan omdat je een zeer intensieve plicht hebt (of voelt) om je naaste die niet meer voor zichzelf kan zorgen en jouw hulp nodig heeft, te ondersteunen. Een ding weet je wel: dit kan jou ook een keer overkomen! De verhalen van deze mantelzorgers raakten de toehoorders en kwamen onder de huid. Gelukkig waren er ook belangenbehartigers, vertegenwoordigers van landelijke en lokale overheden die meteen de discussie wisten te rationaliseren.
De term ‘eigen kracht’ werd nauwelijks in de mond genomen, iedereen ging meteen op zoek naar structuren om mantelzorgers te complimenteren, te ondersteunen, op te leiden, respijtzorg in te richten etc, etc. Een nieuwe systeemwereld rondom mantelzorg kwam zomaar van de grond.
Volgens mij is dit niet waar we naar op zoeken moeten. Het etiket ‘mantelzorg’ daagt blijkbaar uit tot een nieuwe overheidstaak om de continuïteit van mantelzorgers te borgen. Wellicht vanuit financieel belang? Misschien kunnen we de term ‘mantelzorg’ dan ook op een of andere manier opnemen in een nieuwe naam van het ministerie van VWS. Alles geborgd. Dus niet.
Mantelzorgers zijn geen mantelzorgers. Mantelzorgers zijn familieleden, vrienden, buren, die zich bekommeren om het welbevinden en de gezondheid van hun naasten. Deze naastenzorg is waarschijnlijk de oudste vorm van zorg die er bestaat en zal blijven bestaan. Simpelweg omdat het om naasten gaat. Hoe meer de overheid zich hiermee gaat bemoeien, hoe meer we mantelzorgers weg zetten in een slachtofferrol. We nemen naastenzorg niet meer serieus en gaan het beter weten. Gewoon op zoek gaan naar belemmeringen weghalen, zou mijn devies zijn. Laten overheden, maar en juist ook welzijns- en zorginstellingen nu eens ophouden met het niet serieus nemen van de waarde van naastenzorg, door het toch steeds weer willen overnemen of structureren. Daar is niemand bij gebaat.
De systeemwereld van zorg, welzijn en overheden houden elkaar aardig bezig met het inrichten van de leefwereld van degenen die hulp nodig hebben en hun naasten die dichtbij hen staan. Ik zou zeggen: ga in gesprek met en zoek alleen de belemmeringen op. Ik ben benieuwd hoe die dan vertaald kunnen worden in het echt in eigen kracht zetten van de betrokkenen.
1 reactie. Reactie plaatsen
Alinea vier trok mijn aandacht. (Partner zijnde van een patient). Wat de benaming betreft voor deze vorm van de zorg is voor mij niet zo belangrijk. Ook ik vind dat we niet in de slachtofferrol gezet moeten worden. In alinea vier worden overheden, welzijnen zorginstellingen genoemd met het niet serieus nemen van de waarde van naastenzorg.
Ook belangenorganisaties moeten dat niet uit hun verband trekken door zo goed als alleen de negatieve zaken van mantel- naastenzorg benoemen.