Elke maand brengen we een van onze implementatiepartners in beeld. Deze maand beantwoordt Mark Clarijs onder andere de vraag van Joanne Penning over de onderlinge samenwerking in 2015?
Wie ben je?
Mijn naam is Mark Clarijs, woon in Zutphen en ik ben zelfstandig proces-
coördinator en adviseur Digitale Samenredzaamheid. Als ‘coördineur’ en projectleider implementeer ik voor verschillende gemeenten online informatieloketten en sociale kaarten. Ook verken ik samen met inwoners de behoefte aan een gemeenschappelijk platform voor particuliere vraag en aanbod.
Voor ik als zelfstandig professional aan de slag ging was ik informatie-
manager bij de Federatie Opvang, de brancheorganisatie voor Maatschappe-
lijke Opvang & Vrouwenopvang en heb ik o.a. een afdeling Zorginformatie-
management opgezet bij een grote GGZ-organisatie. Daarvoor werkte ik in de psychiatrie als verpleegkundige. Iets wat ik in 2012 en 2013 opnieuw heb gedaan in de thuiszorg, omdat ik het leuk vind en om te ervaren wat de zorg van dit moment inhoudt voor professionals en cliënten. Van deze combinatie van werkervaringen heb ik dagelijks plezier in mijn werk.
Waarom heb je gekozen voor WH?
Het coöperatiemodel, samen met een inspirerende toekomstvisie op onze samenleving, en een ondersteunende website die technisch ‘pluis is’ heeft mijn keuze bepaald. Vanuit mijn ervaring als informatiemanager weet ik hoe moeilijk het is om een complexe sociale interactie en transactie uit onze leefwereld te vertalen in een voor de gebruiker eenvoudige applicatie, en in dit geval een website. Bij WeHelpen is dat goed gelukt. Daarbij blijft de focus op eenvoud en wordt de kracht van de coöperatie steeds groter.
Op welk (lokaal) WH-succes ben je trots?
Het meest trots ben ik op het vernieuwings- en veranderingsenthousiasme dat vrij komt bij mensen van gemeenten en van wijkorganisaties als ik met ze spreek over WeHelpen. Daar krijg ik ook weer extra energie van. Veel mensen willen graag de beweging ‘elkaar helpen is vanzelfsprekend’ versnellen en zien de coöperatie met het ledennetwerk en de website als een welkome steun in de rug.
Wat is voor verbetering vatbaar?
WeHelpen is vaak onderdeel van een complex van meerdere sociale innovaties. De kunst is om op lokaal niveau of in een organisatie de vervlechting tussen die innovaties vorm te geven. Dan versterken ze elkaar. En ik zie dat de coalities en netwerken die met WeHelpen bezig gaan dat meestal lastig voor elkaar krijgen. Daar kunnen we nog veel van elkaar en vooral ook van inwoners en cliënten leren. Sociaal innovatief bezig zijn vraagt ook om tijd, om samen met alle betrokkenen te leren hoe we nieuwe rollen en professionele en persoonlijke verhoudingen vorm geven. Denk bijvoorbeeld aan het omgaan met iets als ‘wederkerigheid’. Of aan de manier waarop vrijwilligers en professionals samen bijdragen aan een hulpnetwerk en hoe je dit eenvoudig kunt organiseren. Dat is nog beperkt ontgonnen terrein en daar kunnen we nog veel in verbeteren. De techniek kan de sociale transacties tussen mensen niet vervangen: de ontmoeting blijft het belangrijkst. Met de beweging en de online techniek van WeHelpen kan samenredzaam zijn makkelijker worden. En daar moeten we op blijven inzetten.
Wat ga je delen met de andere implementatiepartners?
Samen met de implementatiepartners Patricia Braat en Koen Kasper maken we een ‘Inspiratiemodel voor de WeHelpen Implementatie’. De eerste versie is begin februari gepresenteerd en goed gevallen. Dat gaan we verder uitwerken. Verder rond ik binnenkort de Masterclass Sociale Innovatie & Transformatie aan de Erasmus Academie af. De kennis en achtergrondliteratuur over deze onderwerpen deel ik graag. En we gaan beginnen aan de WeHelpen Academy. Dat geeft ook stof om te leren van elkaar.
Welke implementatiepartner wil je voor de maart-editie een vraag stellen? En welke vraag is dat?
Aan Jacqueline van Rempt wil ik graag de vraag stellen wat zij als kantelpunt ziet van een succesvolle en niet succesvolle implementatie van een sociale innovatie.